BDO, Rabobank en ECFB doen onderzoeken naar kenmerken familiebedrijven
Rabobank en BDO werkten al samen op het gebied van familiebedrijven. Twintig jaar geleden werd het Nederlands Centrum voor Familiebedrijven (NCFB) opgericht. Door deze nieuwe samenwerking met het ECFB wordt NCFB opgeheven en gaat dit over in het nieuwe partnership.
Logische match voor samenwerking
Pursey Heugens, Professor of Organisation Theory, Development, and Change aan Rotterdam School of Management, Erasmus University (RSM) en mededirecteur van het ECFB: "Ons doel is om jaarlijks tot nieuwe inzichten over het familiebedrijf te komen om zo beter te begrijpen wat familiebedrijven uniek en soms letterlijk onnavolgbaar maakt. Ongeacht de branche hebben deze ondernemers namelijk allemaal de gemeenschappelijke dimensie van het familiebedrijf. Het is niet alleen maar je baan, maar als ware een verlengstuk van je persoonlijke identiteit."
Mirelle Pennings, Directeur Grootbedrijf bij Rabobank: "Ons doel is om familiebedrijven te inspireren en vooral uit te dagen met nieuwe inzichten om zichzelf verder te ontwikkelen. Met de samenwerking bieden wij niet alleen een kennisplatform, maar willen we ook echt de verbinding maken met én tussen familiebedrijven." Joost Vat, partner bij BDO: "Samen met ECFB en Rabobank willen wij onze positie als autoriteit voor familiebedrijven verder uitbouwen. Wij verrijken hiermee onze dienstverlening met gefundeerde ontwikkelingen vanuit de wetenschap."
Eerste thema: strategieverandering na generatiewisseling
De cijfers en feiten rondom bedrijfsopvolging in het familiebedrijf zijn ronduit verontrustend. Slechts 30 tot 35 procent van de familiebedrijven overleeft de eerste generatiewisseling en minder dan 5 procent van de familiebedrijven overleeft de derde. Bovendien daalt de winstgevendheid van familiebedrijven alarmerend na iedere opvolging. Het eerste onderzoek, dat dit voorjaar verschijnt, gaat daarom over de strategieverandering na een generatiewisseling.
Het blijkt dat veel bedrijfsopvolgers zich in de eerste plaats rentmeester voelen in plaats van ondernemer. Heugens: "De oorzaak ligt vaak in een veel conservatiever ondernemerschap na opvolging. Die spiegel zou iedere aspirant-bestuurder van een familiebedrijf voorgehouden moeten worden, liefst ruim voordat zij of hij verantwoordelijk wordt gemaakt voor het voortbestaan van de onderneming." Vat: "Familiebedrijven moeten ervoor waken dat de opvolging niet doorslaat in een rem op ondernemen. Hoe zorg je nou, in het bijzonder bij overdracht, dat ondernemerschap en innovatie leidend blijven? Dat is de belangrijkste aanleiding voor dit eerste onderzoek", stelt Vat.
Bron: BDO