"De standaard bevat ruim 200 richtlijnen waarvan het overgrote deel goed is uit te leggen aan de Nederlandse teler. Er staan echter ook eisen in waarvan moeilijk uit te leggen is welk doel die dienen en dus door telers als administratieve ballast worden ervaren. En omdat de Nederlandse teler niet alleen een GlobalGAP certificaat in zijn bedrijfskantine heeft hangen, maar ook nog een Tesco Nurture certificaat, een QS-certificaat, Milieukeur en AH-protocol, waarin ook deze ballast zit, is de Nederlandse teler te veel tijd hieraan kwijt.
Als voorbeeld noemt Albert de maandelijkse verplichte opname van de voorraad meststoffen: "Dat kost de teler een kwartier. Hetzelfde geldt voor het opnemen van de voorraad gewasbescherming. Voor je het weet, slorpt al die registratie al een halve werkdag op. Daarnaast moet de teler bij elke bespuiting de weersomstandigheden opschrijven. Als hij gewasbeschermingsmiddelen inzet met droog weer maar Weeronline aangeeft dat er die dag 50% kans op regen was, heeft hij de auditor weer wat uit te leggen
Knippen
Albert roept GlobalGAP dan ook op te knippen in de administratieve ballast en zoveel mogelijk te focussen op de vele goede voorschriften in het certificaat. "De richtlijnen voor de opslag van spuitapparatuur bijvoorbeeld. Dat mag niet het product in gevaar brengen. Daarnaast mag volgens versie 5 oogstfust niet meer gebruikt worden voor de opslag van bijvoorbeeld klusspullen of de weekboodschappen. Ook zijn er duidelijke richtlijnen voor de registratie van de naoogst en waar de teler per onderdeel van de geïntegreerde bestrijding vroeger minimaal 1 keuzemaatregel uitvoeren, zijn dat er nu twee geworden."
Verankerd
Deze wijzigingen hebben volgens Albert niet veel invloed op huidige werkwijze van telers: "Veel maatregelen zijn al praktijk en ook de driftbeperkende maatregelen zijn eigenlijk al redelijk verankerd in de wet." De richtlijn voor massabalans is wat Albert betreft wel een belangrijke wijziging: "Tot voor kort gold die alleen als je gecertificeerd en niet-gecertificeerd product verkocht. Met de nieuwe richtlijn moet elke teler kunnen aantonen dat het aantal geteelde kilo's gecertificeerd product aannemelijk is in verhouding met het aantal hectares. Dus als je een hectare peren teelt en je verkoopt er 16 miljoen kilo van, moet je de auditor wel heel goede bomen kunnen laten zien."
Aanscherping
Veel andere maatregelen zijn verduidelijkingen en aanscherpingen. De grootste wijziging zit volgens Albert in de aandacht voor microbiologie, een rode lijn in Global GAP. "Die aandacht zit in de perceelkeuze, de teelt, het watergebruik in het verpakken en natuurlijk het personeelsbeleid." The Greenery helpt haar teler daar graag bij maar Albert benadrukt dat de verantwoordelijkheid bij te telers ligt: "De teler zal zelf de risico's moeten inschatten en zelf beheersingsmaatregelen moeten uitvoeren. Ook zal hij zelf zijn personeel bewust moeten maken van de risico's. Wat betreft hygiëne en microbiologie is het personeel de groep die het grootste verschil kan maken. Microbiologie gaat een enorme impact hebben op de Nederlandse teler. Ik kan me ook niet voorstellen dat er een Nederlandse teler is die daar niet mee te maken krijgt."
Al met al denkt Albert dat de papieren tijger zeker zijn tanden kan laten zien: "Ik verwacht dat menig teler de stoom uit de oren komt bij het lezen van sommige nieuwe richtlijnen. Maar dat hij aan het eind van 2016 ook echt een certificaat heeft hangen dat voldoet aan GlobalGAP versie 5."
Meer informatie:
The Greenery
Albert Wielink
E: [email protected]