Eerste Vlaamse teelt biologische zoete aardappel succesvol
Eerst oogst zoete aardappel liijkt een succes
In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden, behoort de 'zoete aardappel' niet tot de familie van de Solanaceae zoals de aardappelen, maar wel tot de Convolvulaceae, de zelfde familie als de onkruiden haagwinde en akkerwinde. Het gewas wordt voornamelijk geteeld voor zijn opslagwortels. De wortels zijn namelijk een grote bron van energie en zijn bovendien ook rijk aan mineralen en vitamines (A, B3 en B5). Deze eigenschappen maken de wortels tot één van de belangrijkste voedingsproducten in ontwikkelingslanden. Wereldwijd behoort het gewas tot de top 10 van de meest geteelde gewassen.
Marktpotentieel in Vlaanderen
Dat er een markt is voor dit product in Vlaanderen komt duidelijk naar voor uit de Belgische importcijfers van zoete aardappel uit de wereld. Sinds 2013 is een opmerkelijke stijging merkbaar. In 3 jaar tijd zijn de importcijfers maar liefst verdrievoudigd. Ook de voorlopige cijfers van 2016 bevestigen de trend van de voorbije 3 jaar. In de eerste helft van 2016 werd ruim 5000 ton zoete aardappel geïmporteerd voor menselijke consumptie. Dit is reeds meer dan het totaal geïmporteerde tonnage in 2015. De hoge 'foodprint' die gepaard gaan met de import van deze zoete aardappelen maakt dat consumenten zich hier meer over uitspreken en daarom weloverwogen voor lokaal geproduceerde voeding kiezen. De kritiek die steeds vaker geuit wordt op voedingswaren met een hoge ecologische voetafdruk zet ook de verwerkende industrie aan tot het streven naar een meer duurzame aanpak.
Verkennend onderzoek op het PCG
Sinds 2014 krijgt het PCG op regelmatige basis vragen over de teelt van bataat. Aangezien de kennis in Vlaanderen op dat moment nog niet voorhanden was, werd in de buurlanden naar informatie gezocht. De duidelijke interesse uit de sector werd samen met de verzamelde informatie aangewend als basis voor het indienen van een voorbeeldproject 'duurzame ontwikkeling in de sector land- en tuinbouw' van de provincie Oost-Vlaanderen. In het kader van dit project werden dit jaar twee verkennende proeven aangelegd, zowel onder beschutting als in openlucht. De zoektocht naar plantmateriaal bleek niet evident. Het aanbod aan plantmateriaal voor commerciële teelt blijkt nog erg beperkt te zijn en bovendien erg duur. Uiteindelijk werden 5 verschillende rassen van de Franse firma Graines Voltz opgenomen in beide proeven.
Voor de gehele publicatie, klik hier.
Bron: BioKennis