Al geruime tijd worden Keniaanse maïstelers door politici aangemoedigd om zich op de teelt van andere gewassen te richten. Met name vicepresident William Ruto daagt maïstelers uit om te kiezen voor de avocadoteelt.
Volgens de vicepresident levert de maïsteelt in Kenia de laatste jaren steeds minder op. Hij probeert telers 'wakker te schudden' en roept hen op hun inkomsten te verhogen door hun teelt te diversifiëren in plaats van zich op slechts één gewas te richten.
Daarnaast stimuleert hij telers om de Chinese markt te omarmen, waartoe Keniaanse producten, zoals avocado's en bloemen, sinds kort toegang hebben.
Hebben deze voorstellen van de vicepresident eigenlijk wel zin? Is het zinvol voor grootschalige maïstelers in de staten Riftvallei en Trans-Nzoia om te stoppen met maïsteelt en om te schakelen naar avocadoteelt?
Volgens een artikel op sokodirectory.com wordt Ruto's mening niet gedeeld door lokale politici in deze regio, die ook wel de 'voedselschuur' van Kenia wordt genoemd. Maïs is het belangrijkste gewas in deze twee staten en draagt voor 70% bij aan het inkomen van de lokale bevolking.
In Kenia is maïs de basisvoeding voor meer dan 80% van de bevolking. De gemiddelde consumptie per hoofd van de bevolking bedraagt 103 kilo. Het gewas is goed voor 3% van het BBP van Kenia. Iedere maand worden er in het land 300.000 ton maïs geconsumeerd en dit komt neer op zo'n 3,3 miljoen zakken van 90 kilo.
Het is een haast onmogelijke taak om maïstelers te overtuigen over te stappen op de avocadoteelt, die pas na zo'n 3 jaar geoogst kunnen worden. Kenia heeft een open economie en er wordt maïs geïmporteerd uit omliggende landen, waar de productiekosten vele malen lager zijn dan in Kenia.