Dit najaar mochten aardappeltelers tijdens het inschuren nog een laatste keer chloorprofam gebruiken. Vanaf volgend bewaarseizoen zijn er vier alternatieven die chloorprofam vervangen, namelijk een veldbehandeling met maleïnehydrazide of meerdere vernevelingen met 1,4 Sight, Biox-M of ethyleen. De meeste telers met bestaande bewaarloodsen maakten vandaag de dag nog gebruik van de ‘goedkoopste’ optie. Telers met een nieuwe bewaarloods kozen voor een chloorprofamvrije optie.
Europese Commissie verbiedt chloorprofam
De Europese goedkeuring van de werkzame stof chloorprofam werd niet verlengd omdat tijdens de evaluatie is gebleken dat chloorprofam niet langer voldoet aan de huidige strenge vereisten van de Europese wetgeving. Chloorprofam en zijn metaboliet 3-chlooraniline zijn nu vrij plotseling verklaard als een acuut en chronisch voedingsrisico voor de consument. De toelatingen worden daarom ingetrokken met een kortere respijtperiode dan gewoonlijk. De intrekkingsdatum voor alle kiemremmers op basis van chloorprofam is 20 juni 2020. Dit betekent dat gestockeerde aardappelen begin volgend jaar wel nog via een vergassing kunnen behandeld worden. Gebruik voor een volgende campagne is wel uitgesloten. Niet alleen aardappeltelers verliezen een ‘ouwe gouwe’, ook telers van uien, selderij en schorseneer verliezen een gewaardeerd herbicide. Chloorprofam als herbicide werkt via contact, bodem en dampfase en is daardoor succesvol bij natte en koude weersvoorwaarden. Chloorprofam als herbicide kan wel nog gebruikt worden tot 8 oktober 2020.
Reinigingsprotocol voor chloorprofam
Het persistente karakter van chloorprofam is voor niemand nog een verrassing, want de laatste jaren werden meerdere telers plots geconfronteerd met een residu van chloorprofam in gewassen waar deze werkzame stof niet wordt toegepast. Dit fenomeen van kruiscontaminatie komt vooral voor in teelten die na de oogst nog eens in contact komen met de bewaarloods voor tijdelijke opslag of met een transportband of kiepkar tijdens een transport. Vooral granen, uien, wortelen, knolselderij en hop worden vaak geconfronteerd met deze vorm van ‘accidentele contaminatie’. Het wordt afgeraden om deze gewassen nog in contact te laten komen met gecontamineerde materialen en gebouwen. De grootste uitdaging volgens Boerenbond wordt straks deze ‘historische contaminatie’ te verminderen naar een zo laag mogelijk niveau. Op Europees niveau wordt nu hard gewerkt aan een reinigingsprotocol om verontreinigde gebouwen opnieuw zo schoon mogelijk te maken. Het is dus van groot belang dat aardappelbewaarplaatsen die chloorprofamresidu bevatten, geschikt blijven voor het bewaren van aardappelen. Hiervoor is de vaststelling van een nieuwe en tijdelijke MRL (t-MRL) voor chloorprofam in aardappelen noodzakelijk. Het genereren van gegevens voor een aanvraag van deze t-MRL is in volle gang. Wordt vervolgd...
Welke alternatieven?
Vanaf volgend bewaarseizoen zijn er vier alternatieven die chloorprofam zullen vervangen. Een veldbehandeling met maleïnehydrazide of meerdere gasbeurten met 1,4Sight, Biox-M of ethyleen.
Maleïnehydrazide (MH)
Sommige jaren beslissen telers om MH te gebruiken in de hoop doorwas te kunnen stilleggen. MH is een systemisch middel dat via een gezond bladapparaat in een voldoende concentratie in de knollen moet terechtkomen. Grotere knollen nemen meer middel op dan kleinere. Bij voldoende concentratie wordt de kieming van de knollen afgeremd waardoor secundaire doorwasknollen niet verder uitgroeien. De (na)werking van MH kan enkele maanden aanhouden en hierdoor zijn de knollen met een voldoende opgenomen concentratie minder kiemlustig. Een bespuiting met MH is dus een goede optie om aardappelen voor een korte bewaring kiemvrij te houden. Een vroege ‘gasbeurt’ kan dus met enkele weken worden uitgesteld. Het gebruik van MH zal in de toekomst wel eens een interessante basisbehandeling kunnen worden om de kiemingslust van aardappelen te reduceren. Uiteindelijk is de vitaliteit van het gewas doorslaggevend voor een goede opname van het middel. Het afgelopen jaar was het rendement van een MH-toepassing door droogte en hitte niet optimaal.
1,4 Sight
De actieve stof van 1,4Sight is 1,4 dimethylnaphtalene (1,4-DMN). 1,4-DMN is een aardappelhormoon dat de aardappel tijdens het groeiseizoen zelf aanmaakt. Vanaf de afrijping daalt het 1,4-DMN-gehalte en kan de aardappel beginnen te kiemen. Door het gehalte in de schil opnieuw te verhogen (lees: 1,4Sight-toepassing ), voorkom je dat het kiemproces op gang komt. Dit product is dus geen kiemremmer maar een kiemrustverlenger, die behandelde aardappelen in rust houdt. De celdeling tijdens het kiemen wordt niet geremd, maar het fysiologische proces van de kieming komt niet op gang. Daarom wordt 1,4Sight bij voorkeur ingezet voordat kieming zichtbaar is. Ondanks de natuurlijke oorsprong van de werkzame stof is 1,4 Sight niet toegelaten in de biologische landbouw, want de werkzame stof wordt op een chemische of synthetische manier nagemaakt.
Biox-M
Dit is zuivere groene muntolie. Deze werkt bij lage concentraties zodanig in op de hormoonhuishouding in de knol, dat het de spruitvorming voorkomt. Bij een lage concentratie verhindert muntolie het hormonaal systeem van de aardappelkieming. Hiermee voorkomt het product dat de aardappelen voortijdig kiemen. Bij een hoge concentratie vernietigt muntolie de celmembranen van de kiemen waardoor de kiemen worden vernietigd. Een toepassing van Biox-M aan een dosis van 60 tot 90 ml/ton aardappelen heeft een curatieve werking op de spruiten. Bij deze concentraties worden de spruiten volledig afgebrand tijdens de eerste twee weken na de toepassing. Wat overblijft van deze afgebrande spruiten verschrompelt en valt af tijdens het behandelen en wassen van de aardappelen. Biox-M heeft een natuurlijke muntgeur die enkele dagen na de toepassing sterk vermindert. Wanneer de veiligheidstermijn gerespecteerd wordt, heeft deze geur geen invloed op de smaak van de aardappelen. Biox-M is vrijgesteld van MRL en geeft dus geen problemen met residucontaminatie. Daardoor is Biox-M geschikt voor nieuwe loodsen die residuvrij gehouden moeten worden, bijvoorbeeld om ook andere gewassen tijdelijk te bewaren. Biox-M is toegelaten in biologische teelt van aardappelen.
Ethyleen
Restrain bestaat uit 96% ethanol en wordt via specifieke apparatuur omgezet in ethyleengas. De toepassing start van zodra de aardappelen droog en ingekoeld zijn. Er wordt een continue concentratie van 10 ppm ethyleen in de bewaarloods nagestreefd. Dit gaat volledig automatisch door middel van de Restrain-ethyleensensor. Het vluchtige ethyleengas weegt ongeveer hetzelfde als lucht en verspreidt zich overal. Overal waar lucht komt, komt ook ethyleen. Tijdens de opslag wordt de aanmaak van ethyleen door de Restrain Generator gestopt als deze het maximumniveau bereikt en start de aanmaak van ethyleen weer als het minimumniveau wordt gedetecteerd. Ethyleen kan ‘lekken’ als de loods niet luchtdicht is en moet dan opnieuw worden aangevuld. Momenteel zijn de ervaringen met ethyleen in consumptieaardappelen bij Boerenbond beperkt. Sommige rassen hebben na toepassing een minder goede bakkleur en na uitschuren hervat de kieming van de knollen heel snel, vandaar de beter gekende toepassing als kiemremmer van pootaardappelen.
De apparatuur
De nieuwe generatie kiemremmers is alleen werkzaam in gasvorm en moet dus via een geforceerde luchtstroom tot bij te knollen komen. Daarvoor zijn specifieke apparaten nodig:
Swingfog
Voor de toepassing van chloorprofam was aanvankelijk enkel dit type toestellen beschikbaar waarbij de vloeibare formulering omgezet wordt naar gas via heetverneveling. De toepassing is niet erg gebruiksvriendelijk en storingsgevoelig. De opwarming gebeurt met een benzinemotor, waarna het product in de loods geblazen wordt samen met de verbrandingsgassen van de motor, wat de bakkwaliteit negatief kan beïnvloeden.
Electrofog
Dit vernevelapparaat wordt aangedreven door krachtstroom (380 V). Daardoor komen er geen verbrandingsgassen meer in de bewaarruimte en door het ontbreken van een open vlam is het brandrisico nihil. Een ingebouwde ventilator stuwt de mist vanuit de Electrofog in de bewaarruimte. Dit toestel produceert nog fijnere druppels dan de traditionele heetvernevelaars. Deze zeer kleine druppeltjes, die allemaal de werkzame stof bevatten, komen in alle hoeken en gaten, ook op lastig bereikbare plaatsen. Bovendien dringt de fijne nevel beter door in partijen die wat meer grond bevatten. Dit staat garant voor een egale behandeling van de partij en een betrouwbare kiemremming.
Synofog
Dit toestel wordt eveneens aangedreven door krachtstroom en produceert net als bij een Electrofog een heel fijne mist. Het toestel is zeer gebruiksvriendelijk en makkelijker te bedienen dan een Electrofog.
Restrain Generator
Dit toestel is specifiek op de markt voor het toedienen van Restrain, waarbij het toestel ethanol omzet naar ethyleen. Er wordt een zeer lage concentratie ethyleen gas aangevoerd tot 10 ppm.
Bron: Boerenbond, Boer&Tuinder, 13 november 2019, Geert Verhiest