Door middel van een presidentieel decreet heeft Rusland het embargo op westerse voeding verlengd tot 31 december van volgend jaar als reactie op de sancties die de Europese Unie, de Verenigde Staten en andere landen Rusland hebben opgelegd voor diens betrokkenheid in het conflict in Oost-Oekraïne na de annexatie van de Krim en het uitbreken van de oorlog in de regio Donbass.
De eerste keer dat Rusland het voedselembargo oplegde, was in augustus 2014, namelijk voor producten uit de EU, de VS, Australië, Noorwegen en Canada. In 2015 werd de boycot uitgebreid naar voedingsproducten uit Albanië, Montenegro, IJsland en Liechtenstein, en in 2016 ook naar voeding uit Oekraïne zelf. Het veto wordt jaarlijks verlengd.
Poetin verlengde het embargo op het Westen luttele uren voordat hij deelnam aan de G20-top, waarin hij de noodzaak benadrukte van gezamenlijke inspanningen om Covid-19 en de impact ervan op de wereldeconomie te bestrijden.
De EU, die de Russische annexatie van de Krim niet erkent, stelt als voorwaarde voor het einde van de economische sancties tegen Rusland de volledige toepassing van de akkoorden van Minsk voor de oplossing van het Donbass-conflict tussen Kiev en de pro-Russische separatisten.
Ondertussen heeft Poetin wel al toegegeven dat het embargo in werkelijkheid een protectionistische maatregel is ter bescherming van de Russische agrovoedingsmarkt, die niet kan concurreren met de westerse export. Veel Russische telers verlangen dan ook dat de boycot zo lang mogelijk duurt.
Bron: agrodiario.com