Het aanbieden van groenten en fruit in de klas via het Europese schoolfruit- en groentenprogramma lijkt gezond eetgedrag te stimuleren op scholen zonder specifiek voedingsbeleid. Dat blijkt uit een onderzoek van onder andere Wageningen University & Research. Het lesprogramma 'Smaaklessen', waarbij scholen lessen geven over smaak en eten, zorgt bij leerlingen voor meer kennis over gezonde voeding, ongeacht het voedingsbeleid van de school.
Smaaklessen is een lesprogramma dat is ontwikkeld door het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over smaak en eten voor groep 1 tot en met 8 van het basisonderwijs. In Nederland maakt 75% van de scholen gebruik van dit lesaanbod. Via het Europese schoolfruit- en groentenprogramma wordt jaarlijks aan gemiddeld 3000 basisscholen gedurende 20 weken, voor 3 keer per week, groenten en fruit aangeboden aan alle leerlingen. Daarnaast zijn er ook lessen aan verbonden.
In de studie van Wageningen University & Research volgden een derde van de scholen geen programma, een derde alleen het schoolfruit-programma en een derde zowel het schoolfruitprogramma als Smaaklessen. Over het algemeen hadden de programma’s geen invloed op groenten- en fruitconsumptie bij kinderen. Wel is er een verhoging in groenten- en fruitinname gevonden door het aanbieden van schoolfruit bij leerlingen op scholen waar geen voedingsbeleid actief is.
Het verschil in groenten- en fruitconsumptie was alleen zichtbaar bij de groep met zowel schoolfruit als Smaaklessen. De leerlingen die daar aan deelnamen wisten daarna ook meer over gezonde voeding dan leerlingen die niet meededen aan de programma’s. Ook was het aantal ontvangen lessen van Smaaklessen van invloed op de hoeveelheid kennis over gezond eten. De lessen werden goed gewaardeerd door zowel leerlingen als docenten: van deze kregen ze respectievelijk 3,8 en 4,1 van de 5 punten.
Meer informatie is te vinden in de publicatie 'Caregivers’ role in the effectiveness of two Dutch school-based nutrition education programmes for children aged 7–12 years old' in het wetenschappelijk tijdschrift Nutrients.
Bron: Wageningen University & Research