Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

LTO: Zonder extra geld geen klimaatmaatregelen land- en tuinbouw

Klimaatdoelen land- en tuinbouw alleen mogelijk met uitgewerkte aanpak en financiering
Boeren en tuinders merken als een van de eersten de gevolgen van klimaatverandering door weersextremen. De agrarische sector onderschrijft daarom de urgentie en wil een belangrijke bijdrage leveren aan de Nederlandse klimaatdoelen. Het behalen van deze doelen vraagt echter wel een doordachte aanpak. Deze doordachte, langjarige aanpak is noodzakelijk om een stabiel investeringsklimaat voor boeren en tuinders te creëren. Hiervoor heeft LTO in een reactie op het klimaatplan 2025-2035, dat momenteel ter inzage ligt en waarop op moment van schrijven inmiddels 711 reacties binnen zijn, een voorstel aangeleverd. Maar geen aanpak zonder bijbehorende middelen. Dit vergt het openen van het Klimaatfonds voor nóg klimaatbewustere land- en tuinbouw.

De doelen voor 2030 voor landbouw & landgebruik zijn met het huidige aanpak onwaarschijnlijk. Het concept klimaatplan schetst hoe toekomstig klimaatbeleid ertoe moet leiden dat het doel van 2030 wél behaald wordt. Daarvoor moet er extra ingezet worden op managementmaatregelen, innovatie en het stimuleren van doelsturing. De klimaatmaatregelen voor de agrarische sector zijn echter kostbaar en financiering ontbreekt. Want nog altijd heeft de land- en tuinbouw (uitgezonderd de glastuinbouw) geen toegang tot het Klimaatfonds. Zonder middelen kan niet verwacht worden dat de agrarische sector gaat leveren, vindt LTO.

Aanpak
Om emissies vanuit de landbouw en landgebruik in 2030 binnen doelbereik te brengen is de inzet van bekende en bewezen maatregelen op korte termijn noodzakelijk. Daarbij gaat het om maatregelen op zowel bedrijfs-, gebieds- en sectorniveau. Dit vraagt om onderzoek in hoeverre technische, structurele en systeemmaatregelen en innovaties effectief zijn. Hierbij moet ook een integrale afweging gemaakt worden voor het behalen van andere (duurzaamheids)doelen. Want inzet op klimaatdoelen heeft soms een negatief effect op dierenwelzijn en biodiversiteit en vice versa. Waar bewezen maatregelen zorgen voor het behalen van emissiereductiedoelen op korte termijn, is innovatie ook noodzakelijk voor aanvullende emissiereductie na 2030. Een uitvoeringsprogramma, zoals voorgesteld door LTO, biedt perspectief voor een ambitieuze bijdrage vanuit de land- en tuinbouw.

Financiering
LTO wil de afspraken over restemissies vanuit de land- en tuinbouw én de te nemen maatregelen vastleggen in een convenant Klimaatbewuste land- en tuinbouw. Dit biedt langjarige zekerheid en handeling- en investeringsperspectief voor zowel de sector als de overheid. De uitvoering van dit convenant moet wel ondersteund worden met geld uit het Klimaatfonds.

LTO heeft meermaals aangegeven dat een financiële bijdrage van 8 miljard noodzakelijk is om boeren en tuinders langjarig te stimuleren in hun klimaataanpak. Het uitvoeringsprogramma geeft hier vervolgens gericht uitvoering aan. Zo wordt een efficiënte besteding van de beschikbare middelen geborgd en ontstaat er een stabiel investeringsklimaat die ertoe zal leiden dat de klimaatdoelen gehaald worden.

Bron: LTO

Publicatiedatum: