Om de landbouw te laten bijdragen aan een klimaatneutrale en -klimaatbestendige samenleving, moeten klimaat- en milieudoelen onderdeel zijn van landbouwbeleid. Dit is noodzakelijk vanwege de dubbele rol van de landbouw in de klimaatopgave: de grote bijdrage aan de uitstoot van broeikasgassen en de kwetsbaarheid voor de gevolgen ervan.
Boeren en tuinders zijn onmisbaar bij de klimaatopgave: zij kunnen alleen hun rol pakken als ze een breed perspectief hebben. Perspectief dat verder gaat dan alleen financieel en economisch (het verdienmodel); het gaat óók over langetermijnduidelijkheid en doelen, het kunnen voeren van eigen regie, waardering en erkenning, en eerlijke verdeling van de opgaven en opbrengsten door de hele keten. Op al deze aspecten schiet beleid tekort en zo komt een duurzame landbouw en een klimaatneutraal en -bestendig Nederland niet dichterbij. In de eerste plaats is herstel van vertrouwen cruciaal om op de lange termijn, ook na 2030, klimaatdoelen te halen. Dit blijkt uit het briefadvies 'Boeren in een veranderend klimaat' van de Wetenschappelijke Klimaatraad.
Naar een duurzame land- en tuinbouw
Jan Willem Erisman, voorzitter van de WKR en lid van de commissie die het advies heeft voorbereid: "Zonder perspectief, zoals duidelijkheid over de kaders en consistent beleid, kunnen boeren hun bijdrage aan een klimaatneutrale en bestendige samenleving niet leveren. Politiek van links tot rechts, vertegenwoordigers binnen de sector, boeren zelf en ook burgers; iedereen is het erover eens: we moeten toe naar een duurzame land- en tuinbouw. Toch komt beleid hiervoor niet van de grond."
De landbouwsector veroorzaakt veel broeikasgastuitstoot en draagt bij aan klimaatverandering; de effecten van klimaatverandering zorgen er ook voor dat boerenbedrijven kwetsbaar zijn in hun bedrijfsvoering. Dit komt bijvoorbeeld door structureel meer droge en natte periodes. En tegelijkertijd zijn boeren belangrijk voor het beheer van natuur, bodem en water om de strijd met klimaatverandering aan te gaan.
In de toekomst blijven boeren belangrijk voor voedselvoorziening, sociale samenhang en werkgelegenheid op het platteland. Om hen een toekomst te bieden is een brede opvatting van perspectief nodig. Zonder dit perspectief komen klimaat- en milieudoelen niet dichterbij. Daarnaast zijn stevige regie vanuit de Rijksoverheid op de kaders en herstel van vertrouwen noodzakelijke randvoorwaarden.
Vijf aanbevelingen voor duurzaam landbouwbeleid
De WKR geeft het kabinet de volgende vijf aanbevelingen, die in samenhang dit brede perspectief voor boeren vormen:
- Stel voor de korte en langetermijnkaders en doelen voor de landbouw, onder meer op het gebied van klimaat en milieu. Deze kaders en doelen geven duidelijkheid en zijn nodig als basis voor doelsturing.
- Betrek boeren(vertegenwoordigers) nauw bij de besluitvorming over de toekomst van de landbouw. Dit kan door de verschillende landbouwsectoren te vragen hoe ze zelf invulling willen geven aan het behalen van de klimaat- en milieudoelen, en dit mee te nemen in verder overleg met andere betrokken partijen. Werken aan het herstel van onderling vertrouwen is hierbij een eerste voorwaarde.
- Voer gericht beleid om voor duurzaam geproduceerde land- en tuinbouwproducten een groeiende en rendabele afzetmarkt te organiseren.
- Ondersteun boeren zowel financieel als met begeleiding bij het omschakelen naar een bedrijfsvoering die past binnen de bovengenoemde kaders voor klimaat en milieu.
- Investeer in initiatieven die de samenwerking tussen boeren en consumenten en tussen boeren onderling bevorderen.
Briefadvies: "Boeren in een veranderend klimaat"
Dit advies is door de WKR zelf geïnitieerd, mede naar aanleiding van de zorg over de kwetsbaarheid van de landbouw door klimaatverandering, het feit dat Nederland niet op koers ligt om de klimaatdoelen te halen en het grote aandeel van de land- en tuinbouwsector in het klimaatprobleem én de oplossing.
Bron: WKR