De aardappelsector in Rwanda heeft een belangrijke transformatie doorgemaakt dankzij de samenwerking tussen de Rwanda Agriculture and Animal Resources Development Board (RAB), het International Potato Center (CIP) en het door USAID gefinancierde Great Lakes Accelerated Innovation Delivery Initiative (AID-I GLR). Dit samenwerkingsverband heeft geleid tot de introductie van 11 nieuwe aardappelrassen, de eerste in bijna dertig jaar. Het doel is de opbrengst te verbeteren en de rassen beter bestand te maken tegen ziekten en plagen.
Voor de introductie van deze nieuwe rassen was de Rwandese aardappelsector sterk afhankelijk van oudere rassen zoals Kinigi en Nyirakabondo, die gevoelig waren voor plagen en een lage opbrengst gaven. Telers waren aanvankelijk terughoudend om de nieuwe rassen te omarmen vanwege beperkte informatie en gebrek aan toegang tot schoon pootgoed. Om dit probleem aan te pakken, heeft AID-I GLR verschillende benaderingen toegepast, zoals demonstratiepercelen op teeltbedrijven en demodagen voor telers, om de voordelen van de nieuwe rassen te laten zien.
De introductie van deze rassen komt op een cruciaal moment, nu Rwandese telers worden geconfronteerd met uitdagingen op het gebied van klimaatverandering en voedselzekerheid. De nieuwe rassen, zoals Cyerecyezo, Gisubizo en Kazeneza, zijn veredeld op hoge opbrengsten, resistentie tegen plagen en aanpasbaarheid aan verschillende klimaten. Veel telers in het district Musanze hebben al positieve resultaten gezien, met verbeterde groei en opbrengsten. Irene Uwimana, die een demoperceel beheert, meldt dat telers steeds meer geïnteresseerd zijn in het kopen van pootgoed van haar komende oogst.
Om ervoor te zorgen dat het pootgoed op grote schaal wordt toegepast, heeft AID-I GLR de capaciteit voor de teelt van pootgoed vergroot door het aanbod van kwaliteitspootgoed van de vroege generatie te verhogen en training te bieden aan pootgoedvermeerderaars, landbouwkundigen en landbouwvoorlichters. De vraag naar deze nieuwe variëteiten is sterk toegenomen. Alleen al de variëteit Cyerecyezo is goed voor 31,3% van de totale vraag naar nieuwe rassen. Dit is een aanzienlijke stijging ten opzichte van twee jaar geleden, toen de vraag naar nieuwe rassen minder dan 10% was.
De nieuwe rassen, vooral Cyerecyezo, worden als klimaatslim beschouwd vanwege hun hoge opbrengst, korte rijpingsperiode, droogtetolerantie en grote, aantrekkelijke knollen. Deze eigenschappen maken ze ideaal voor zowel de voedselzekerheid van huishoudens als de langeafstandsmarkten. RAB en CIP onderzoeken ook geavanceerde pootgoedvermeerderingstechnologieën, zoals aeroponics en rooted apical cutting (RAC), die een snellere en efficiëntere teelt mogelijk maken.
De Rwandese aardappelsector blijft profiteren van de voortdurende steun en samenwerking, die de voedselzekerheid kan verbeteren, de productiviteit kan verhogen en de armoede kan terugdringen. De toepassing van deze hoogproductieve aardappelrassen belooft een mooie toekomst voor de Rwandese telers en tuinbouw. Met voortdurende investeringen en innovatie is de sector klaar voor duurzame groei en kan het een belangrijke bijdrage leveren aan de voedselzekerheid en economische ontwikkeling van het land.
Klik hier om het volledige rapport te bekijken.
Voor meer informatie:
CIP
Tel: +511 3496017
[email protected]
www.cipotato.org