Verschillende media berichten op maandag 16 december over een onderzoek van CE Delft naar de directe en indirecte uitstoot van het Rotterdamse havengebied in opdracht van Advocates for the Future. Het Havenbedrijf Rotterdam is beheerder, exploitant en ontwikkelaar van het havengebied waarin 3000 bedrijven zijn gevestigd. Het Havenbedrijf Rotterdam geeft een toelichting op de berichtgeving.
Samenvatting
Dertien procent van alle energie die in Europa wordt verbruikt, gaat door het Rotterdamse havengebied. Bij de productie van die energie door bedrijven in Rotterdam en het gebruik van die energie door consumenten en bedrijven buiten Rotterdam komt veel CO2 vrij; de hiervoor gemaakte berekening door CE Delft is voor het Havenbedrijf in grote lijnen herkenbaar en niet nieuw, zo geeft het havenbedrijf aan.
"Het beheersen van de effecten van klimaatverandering vraagt om een heel nieuw, wereldwijd systeem voor energie en grondstoffen. Bedrijven wereldwijd en dus ook in de haven moeten daarvoor grote investeringen doen in ombouw van fabrieken en in nieuwe productiefaciliteiten. Dat gebeurt ook al, onder andere voor de productie van nieuwe, koolstofarme brandstoffen. Hierdoor gaat de CO2-uitstoot in de haven en bij gebruikers wereldwijd op termijn omlaag en neemt de afhankelijkheid van fossiele energie en fossiele grondstoffen af. Dit is belangrijk gezien de huidige snelheid van de klimaatverandering."
"Als beheerder, exploitant en ontwikkelaar van het Rotterdamse haven- en industriegebied wil Havenbedrijf Rotterdam die investeringen van bedrijven stimuleren en mogelijk maken, met behoud van een aantrekkelijk investeringsklimaat in Rotterdam. Het Havenbedrijf bekijkt vanuit zijn rol steeds hoe het de transitie door bedrijven kan versnellen, onder andere door gezamenlijk te investeren in de aanleg van benodigde infrastructuur. Ook gebruikt het Havenbedrijf het zeehavengeld en huurcontracten om financiƫle prikkels toe te voegen en reductieafspraken te maken met onze klanten."
Het havenbedrijf gaat hier ook nog verder in op de achtergrond.
Bron: Port of Rotterdam