Schade door draadwormen heeft steeds meer invloed op aardappelgewassen in het hele Verenigd Koninkrijk en breidt zich zelfs uit naar de oostelijke graafschappen en de Schotse grenzen. Volgens Andy Cunningham, technisch manager van Syngenta Potato, hebben recente veranderingen in teeltmethoden en klimaatomstandigheden, die traditioneel verband houden met graslandrotaties in de zuidelijke en westelijke regio's, bijgedragen aan de verspreiding van deze bodemgebonden plaag.
Draadwormen, in hun larvale stadium, graven zich in de knollen, wat zorgt voor achteruitgang van het gewas en openingen voor rot en ziekteverwekkers. De aanwezigheid van volwassen klikbeetkeversoorten in een gebied wijst op de mogelijke dreiging van een draadwormplaag.
Tijdens de Syngenta Potato Power-bijeenkomsten identificeerde Cunningham verschillende factoren die bijdragen aan hogere draadwormpopulaties, die juist vermeden zouden moeten worden: meer groenbedekking in rotaties, verbeterde biologische stof en vochtretentie in de bodem, minder grondbewerkingen bij het zaaien van granen (waarbij de bodem niet volledig omgeploegd wordt) en minder gebruik van insectendodende zaadbehandelingen in akkerbouwgewassen. Ook het telen van maïs blijkt de aanwezigheid van draadwormen te bevorderen, aangezien het een favoriete gastheer is.
Deze risicofactoren voor schade door draadwormen, hoewel ze voordelen bieden voor bepaalde akkerbouwrotaties, vormen een uitdaging voor IPM-strategieën (Integrated Pest Management). Cunningham benadrukt het belang van routinematige risicobeoordelingen voor klikbeetkever- en draadwormpopulaties vóór de aardappelteelt, zodat deze risicofactoren beter gemanaged kunnen worden.
Monitoringstechnieken omvatten feromoonvallen, die gericht zijn op de drie belangrijkste klikbeetkeversoorten, en lokaasvallen met zaadballen die een 50:50 mix van tarwe en maïs bevatten. Deze methoden helpen bij het vaststellen van de aanwezigheid van klikbeetkevers en bij het beoordelen van de potentiële dreiging van draadwormen.
Met het verlies van Vydate en Mocap blijft Nemathorin het enige beschikbare nematicide om schade door draadwormen te beperken. Cunningham merkt op: "Proeven hebben aangetoond dat de resultaten zeer goed kunnen zijn en vergelijkbaar met de nematiciden die eerder voor dit doel werden gebruikt." De toepassingstechnieken zijn echter van groot belang en vereisen een zorgvuldige opname in de toplaag van de grond.
De proeven van Syngenta met een nieuw onderzoeksproduct op basis van tefluthrin laten veelbelovende resultaten zien, met verbeterde dampactiviteit in het bodemprofiel. Dit product is in behandeling voor registratie in het VK voor de bestrijding van draadwormen in aardappelen en maïs.
Bron: Potato News Today